Bestuurders van stichtingen wanen zich vaak onaantastbaar. Er zijn geen leden of aandeelhouders aan wie verantwoording moet worden afgelegd en niemand kijkt de bestuurder op de vingers. Soms komt het voor dat je vraagtekens zet bij de gedragingen van stichtingsbestuurders of de handel en wandel van de stichting. Wat kun je daar als buitenstaander aan doen?

Juridische Basis: Artikel 2:298 BW

Artikel 2:298 BW voorziet in de mogelijkheid tot ontslag van een bestuurder of commissaris bij een stichting, vooral omdat er in stichtingen vaak een vorm van interne controle ontbreekt. Deze wetgeving biedt een mechanisme waarbij een bestuurder of commissaris op verzoek van een belanghebbende of het Openbaar Ministerie door de rechtbank kan worden ontslagen​.

Oude vs Nieuwe Regeling

De regeling van artikel 2:298 BW is onlangs aangepast als gevolg van de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen, waardoor het ontslag van een bestuurder nu eenvoudiger kan worden bewerkstelligd. De nieuwe regeling breidt de gronden voor ontslag uit en is nu ook van toepassing op commissarissen van stichtingen​.

Gronden voor Ontslag

De huidige regeling omvat vier gronden voor het ontslag van een bestuurder of commissaris:

  1. Verwaarlozing van zijn taak.
  2. Andere gewichtige redenen.
  3. Ingrijpende wijziging van omstandigheden.
  4. Het niet voldoen aan een door de voorzieningenrechter van de rechtbank gegeven bevel​.

Praktische Implicaties

In de praktijk kan een belanghebbende, zoals een mede-bestuurslid, donateur, of zelfs een externe partij met een significant belang in de stichting, een verzoek indienen bij de rechter voor het ontslag van een bestuurder op basis van een van de bovenstaande gronden. Bijvoorbeeld, artikel 2:298 BW kan worden ingeroepen wanneer een bestuurder wordt beschuldigd van het verwaarlozen van zijn taak of bij andere gewichtige redenen zoals financieel wanbeleid​.

Afsluiting

Het proces van bestuurswijzigingen binnen een stichting is een delicate aangelegenheid die zowel juridische als operationele overwegingen vereist. De recente wijzigingen in artikel 2:298 BW verduidelijken en verruimen de juridische mogelijkheden voor het aanpakken van bestuurskwesties in stichtingen, en benadrukken het belang van transparantie en verantwoordingsplicht in het bestuur van stichtingen.

Bel of mail gerust om even te sparren: 06 – 410 37 853 of jurriaan.zee@lawfirmdp.com